Datum: donderdag 22 februari 2024, 13:20 - Auteur: Mica de Montigny

WDS ’19 en Gino Macnack hebben zich klaargestoomd voor nieuw tijdperk

Maikel Nijst (JEKA), Oualid Saadouni (Groen-Wit), Jeroen Ras (The Gunners): zomaar wat dertigers die de oudgedienden in de trainerscarrousel naar de zijkant lijken te duwen in het amateurvoetbal. Bij WDS ’19 is na de zomer Gino Macnack (33) voor het eerst helemaal alleen hoofdtrainer. Voetbalinbreda.nl sprak met de kroonprins van het Bredase trainersgilde.

Op sportpark Paradijs was hij zelf nog als voetballer actief in het eerste, maar mede door aanhoudend blessureleed en ambities in het trainersvak hing hij zijn kicksen vrij vroeg aan de wilgen. Maar stil zal de voetbalgekke Bredanaar allerminst. Zijn eerste pasjes als oefenmeester zette hij op het veld bij de JO-O19 van de oudste amateurclub van de Gemeente Breda, daarna volgde WDS 2 en uiteindelijk belandde hij na assistent geweest te zijn van Martijn van Wanrooy in het eerste in een gelijkwaardige duo-functie met de ervaren Hagenaar.

“Dit traject bij WDS is eigenlijk een samenkomst van omstandigheden, maar niet vooraf helemaal zo gepland. Ik ben gaan coachen vooral uit voorliefde voor het spelletje en omdat ik het idee had dat ik wat kon overbrengen op een groep. Ik trainde al weleens individueel jeugdspelers waaronder mijn neefje en andere spelers uit vooral de Haagse Beemden. Daarnaast was ik vrijwel altijd al degene die van jongs af aan voetbalspelletjes bedacht of verschillende vormen van partijtjes vanaf het pleintje tot op Johan Cruijff-veldje en ook al bij TVC Breda en later bij WDS. In de zomerstop organiseerde ik bijvoorbeeld ook trainingen of soms wedstrijden zodat we bezig konden blijven”, legt de voormalige middenvelder uit hoe zijn opkomst tot het hoofdtrainerschap tot stand kwam.

“Toen ik aanraking kwam met destijds de JO-O19 van WDS was ik vooral geïnteresseerd in de potentie van teaming en talent wat er in die groep zat. Ik weet niet meer exact hoe, maar ik rolde er vanzelf een beetje in en ging aan de slag met destijds de trainers die ook beiden een zoon in het elftal hadden spelen. Het klikte eigenlijk vrijwel meteen op alle vlakken en ieder had zo zijn rol en ik kreeg extreem veel vrijheid om mijn ding te kunnen doen. Deze uit de hand gelopen hobby viel blijkbaar ook binnen WDS op en al snel zat ik met Yannick Gosens aan tafel om eens te spreken over een KNVB-cursus en een verbintenis met WDS. Zo geschiedde, en is die verbintenis later in gesprek met Wouter van de Vendel meermaals opengebroken en uiteindelijk heeft het geleid tot de titel hoofdtrainer van WDS en daar ben ik erg blij mee. Want ik heb nog steeds hetzelfde gevoel, ben nog steeds even verliefd op het spelletje en heb inmiddels ook het geloof dat ik iets kan overbrengen. En daarnaast vind ik het belangrijk dat ik de vrijheid heb om mijn ding te doen.

Maar met de kersverse aanstelling van Macnack, komt ook het vertrek van de beste trainer van WDS van deze eeuw: Martijn van Wanrooy. Wat heef Macnack geleerd van hem? “Waarschijnlijk onbewust meer dan bewust. Martijn en ik hebben nooit, ondanks dat dit op papier een jaar wel eerst zo was, een trainer/cursist of leraar/leerling of hoofd/assistent verhouding gehad. Dat past ook eerlijk gezegd niet goed bij mij. Begrijp me niet verkeerd, ik ben nog lang niet uitgeleerd en ik leer graag van iedereen, maar ik houd wel van gelijkheid en gelijke gesprekken. Omdat ik vind dat we van elkaar kunnen leren. Maar ik prijs Martijn met name voor zijn punctualiteit. Martijn heeft achter de schermen alles tot in de details op orde. En hij kan zich dit ook echt enorm aantrekken. Dit zal ik gaan missen, want dit zal ik een plaats moeten gaan geven en dus ook zelf iets mee moeten.”

Op de vraag wat voor type coach Macnack is antwoordt hij als volgt: “Ik zit in een groepsapp met eigenlijk alleen maar vrienden die voetbal mij hebben gebracht. De app heet Studio Brabant. Hierin praten we over van alles, maar eigenlijk zijn we vooral een groep overfanatieke voetballiefhebbers en weten we het allemaal stuk voor stuk beter te vertellen dan wie dan ook. In dezelfde groep grapte ik dat ik nu wel even een image moet gaan kiezen. Hoe ik naar buiten wil treden. Maar dit is natuurlijk onzin, in principe ben ik als trainer vooral duidelijk en probeer ik altijd eerst ‘mens’ te zijn en daarna welke andere rol dan ook. Laten we wel zijn, op het niveau waarop wij acteren is voetbal geweldig, maar zeker niet het allerbelangrijkste en dat neem ik eigenlijk mee met alles wat ik doe. Verder realiseer ik me dat ik echt beginnend coach ben, dus dat betekent dat ik nog heel veel kan leren, zeker voordat ik kan stellen wat voor type trainer dat ik wil zijn. Nu ben ik vooral bevlogen, enthousiast en streef ik naar successen, dat dan ook weer wel.”

“Voor mij persoonlijk staat ontwikkeling op één. Dus met WDS zijn we een weg ingeslagen die ik vooraf heb geschetst en dit hebben we bekroond met een overeenkomst. Hier wilde ik de spelers, staf, maar ook zeker de club achter hebben staan. We willen WDS een boost geven en deze club mag nog wat steviger gevestigd worden in Breda. In de tussentijd werk ik aan m’n eigen ontwikkeling en probeer ik hetzelfde ook over te brengen op de groep. Zoals ik al zei voetbal is geweldig, maar als je daarnaast en tegelijk ook nog wat zelfontwikkeling pakt, dan is dat is pas echt winst voor deze toch nog redelijk jonge groep.”